Gevierendeeld schild, eerste en vierde in keel, een kasteel van goud gemetseld met sabelmarter en gezuiverd met azuurblauw. Tweede en derde zilver, een ongebreidelde leeuw keel gekroond met goud, linguated en bewapend met hetzelfde. Entred in een zilveren punt, met een granaatappel van zijn kleur, gebarsten keel, gesneden en bebladerd met twee sinople bladeren. Het schild is omgeven door de kraag van de Orde van het Gulden Vlies bestaande uit dubbele schakels, verweven met azuurblauwe vuurstenen en keelvlammen, aan het uiteinde hangt eraan, de huid van een ram in het midden gebundeld, goud.
Het geheel, op een ontplofte tweekoppige adelaar, sabel, met de snavel en de klauwen keel. Deze zijn gewapend met goud. Gouden keizerskroon stempelen. Rechts en links een keizer op zijn troon gezeten met een gouden cape en keizerskroon daarvan, een zilveren zwaard in zijn rechterhand en een gouden scepter in zijn linkerhand. De rest van zijn kleur.