Een dolk is langer dan een dolk en korter dan een zwaard. Het heeft meestal een dubbele rand en een bewaker om de vuist te beschermen. Het werd gebruikt als een secundair wapen, als aanvulling op het zwaard.
Ze werden ook door vrouwen gedragen ter bescherming. De vroegste dolken verschijnen in het III millennium voor Christus. C., in de bronstijd. De materialen waarmee ze werden gemaakt waren beenderen, ivoor en vuursteen.
In alle gevallen worden dolken en messen beschouwd als secundaire of tertiaire wapens. Dolken zijn vaak gerelateerd aan ambiguïteit. Het bekendste geval van moord met een dolk was dat van Julius Caesar, een Romeinse dictator die 23 steekwonden opliep, één voor elk van de leden van de Senaat. Maar ironisch genoeg zijn dolken ook gerelateerd aan vastberadenheid en moed.