Gambesons werden vaak onder pantser gedragen om een extra beschermingslaag te bieden tegen slagen en snijwonden. Ze kunnen ook worden gebruikt als een op zichzelf staand stuk bescherming in situaties waarin volledige bepantsering niet vereist is. Ze werden traditioneel gemaakt van materialen zoals linnen, katoen en wol, en opgevuld met linnen of wol om extra bescherming te bieden. Ze kunnen ook worden versierd met borduursels of ontwerpen om ze een meer uitgebreide look te geven.
Gambesons bleven in gebruik tot ver in de 17e eeuw, lang nadat er meer geavanceerde bepantsering was geïntroduceerd. Sterker nog, veel soldaten droegen ze onder hun pantser, zelfs nadat buskruit in oorlogsvoering was geïntroduceerd. Ze werden vaak gebruikt in man-tegen-man-gevechten, zoals zwaardvechten of riddergevechten. In deze gevallen werden ze zonder pantser gedragen om extra bescherming te bieden en meer bewegingsvrijheid mogelijk te maken.